woensdag 1 oktober 2008

Scriptie Deel 1

SCRIPTIE DEEL 1 / MICHIEL VAN OPSTAL / MA FO – BLOK 1 – JAAR 2 / 08-09 / 2 ECTS

Tijdstip: dinsdag van 15.00 tot 18.00 uur

Doel: Vanuit een onderzoek naar je eigen kunstenaarschap/fotografische praktijk ontwikkel je een idee/onderwerp voor je scriptie. Dit idee werk je verder uit in een duidelijke vraagstelling en een outline (scriptiestructuur). Daarnaast stel je een literatuurlijst samen van teksten en boeken die je in je scriptieonderzoek gaat lezen.

Inhoud
In het tweede jaar van de master is het de bedoeling dat je scriptieonderzoek en de ontwikkeling van je afstudeerproject ‘gelijk opgaan’, dat wil zeggen, thematisch verband met elkaar houden. Vaak komt het echter voor dat studenten zich tijdens het schrijven van hun scriptie twee maanden op hun kamer opsluiten, hun fotocamera aan de wilgen hangen en pas nadat ze uit hun theoretische ‘cocon’ zijn ontwaakt, beginnen met hun eindexamenexpositie. Op deze manier versterken theorie en praktijk elkaar niet of nauwelijks. Terwijl één van de doelstellingen van de master er juist uit bestaat om studenten op te leiden tot een kunstenaarschap waarin theorie en praktijk onlosmakelijk met elkaar verweven zijn. In de contemporaine kunstwereld neemt onderzoek een belangrijke plaats in. Een goede hedendaagse fotograaf is in staat om in een voortdurende discussie met oude en nieuwe theorievorming, oude en nieuwe fotografie, zijn plaats in het ‘veld’ te verkennen, te definiëren en te vernieuwen. Tijdens dit onderzoek zit de fotograaf niet alleen maar gebogen over moeilijke teksten. Zijn researchtraject is veelzijdiger: hij fotografeert, bezoekt tentoonstellingen, schrijft, noteert en leest natuurlijk ook boeken, hij doet alles wat in zijn vermogen ligt om zijn fotografische ontwikkeling te stimuleren. Het is belangrijk om je te realiseren dat het schrijven van een kunstscriptie meer is dan het op papier zetten van een goede theoretische verhandeling. Het moet een weerslag zijn van een onderzoek dat je helpt bij het ‘kaderen’ van je fotografische positionering en ontwikkeling. Idealiter is je scriptie een researchtraject dat je helpt je eindexamenproject helder voor ogen te krijgen en je eindexamen een vormgevingstraject dat je in je scriptie onderzoekt en ‘verder’ denkt. Dit wil zeggen dat er in je scriptie ook foto’s mogen voorkomen, zelfs foto’s die je zelf hebt gemaakt. Je scriptie is uiteindelijk een (beeld)tekst waarin je jouw originele positie als kunstenaar/fotograaf in het hedendaagse fotografisch/artistieke landschap afbakent en beargumenteert.

Opdracht/Toets
Je schrijft een onderzoeksopzet voor je scriptie (probleemstelling, outline, literatuurlijst, te onderzoeken fotografisch beeldmateriaal). Gedurende het blok presenteer je je onderzoeksvoorgang aan je docent en medestudenten.

Onderwijsmethodiek
- Brainstormsessies. In een permanente discussie met je docent en medestudenten ondervraag je je fotografische werk uit het eerste jaar van de master op inhoud, thematiek, stijl, zeggingskracht, conceptuele rijkdom, etc. Vanuit deze analyse sla je verbindingen naar andere fotografen/kunstenaars en relevante theoretische teksten. Zo ontwikkel je langzaam een vraagstelling en outline voor je scriptie.
- Iedere les presenteer je je onderzoeksvoortgang aan je docent en medestudenten. De docent stuurt daar waar nodig.

Studiebegeleiding
michiel@spleen.nl

Literatuur
Het volgende boek wordt aanbevolen:

Warna Oosterbaan, Een Leesbare Scriptie

Leerdoelen/Beoordelingscriteria
Aan het einde van het blok heb je het volgende geleerd:

1. Je bent in staat om aan de hand van een analyse van je fotografische praktijk een gericht scriptie-idee te ontwikkelen en te researchen.
2. Je bent in staat een onderzoeksvoorstel voor een scriptie te schrijven en mondeling toe te lichten.
3. Je bent in staat in je onderzoeksvoorstel een uitspraak te doen over welk fotografisch ‘veld’ je waarom aan een nader onderzoek wilt onderwerpen, dit vanuit de gedachte om duidelijker voor ogen te krijgen waar jij je als fotograaf in dit landschap bevindt.

Programma

Dinsdag 9 september

- kennismaking
- inleiding blok: hoe schrijf ik een goede scriptie en wat is het nut ervan?
- doorloop programma
- uitleg toetsing

Iedere student presenteert zijn/haar portfolio. Hieruit ontstaat een eerste brainstormsessie over mogelijke scriptieonderwerpen.

Dinsdag 23 september

Van onderwerp naar (vraag)stelling: iedere student komt met een (voorlopig) scriptie-idee naar de les. In een gezamenlijke brainstormsessie ontwikkelen we dit tot een (probleem)stelling en een researchtraject.

Dinsdag 7 oktober

- Iedere student presenteert zijn (voorlopige) literatuurlijst aan de rest van de groep en verantwoordt deze: waarom ga je welke teksten en boeken lezen? Wat verwacht je als resultaat?
- Iedere student start met het schrijven van zijn/haar onderzoeksvoorstel. Wat moet er allemaal in een goed onderzoeksvoorstel staan:
Probleemstelling
Onderzoekscontext: binnen welk theoretisch gebied gaat je onderzoek zich afspelen? Welk onderzoek is er al naar jouw onderwerp verricht? Hoe ben jij van plan het bestaande onderzoeksveld te vernieuwen?
Hoofdstukindeling: wat wordt de voorlopige (argumentatie)structuur van je scriptie?
Literatuurlijst

Dinsdag 28 oktober

Presentatie voortgang schrijven onderzoeksvoorstel.

Dinsdag 4 november

Eindpresentatie onderzoeksvoorstel. Daarnaast lever je een geprinte versie in bij de docent.

Geen opmerkingen: